Menu

Genade en gratie

Genade en gratie

DoorMark de Boer Datum25 september 2020 0 reacties

clem-onojeghuo-VWfRT1QTFEE-unsplash.jpg

‘Mooie schoenen!’, zei hij. ‘Zo te zien echt Italiaans. Waar heb je die gekocht?’ Ik keek naast me en zag een man op leeftijd met grijzend haar, vriendelijk gezicht en intelligente blik. Het was wel de laatste vraag die ik had verwacht op deze plek – de gymzaal annex kerkzaal van een gevangenis ergens in het zuiden van het land, waar over een paar minuten de kerkelijke viering zou beginnen. We raakten wat aan de praat. Hij had altijd ‘in de schoenen’ gezeten en was er nog steeds dol op. En ja, mijn schoenen vielen wel een beetje op in dit gezelschap van slippers en sneakers.

De viering begon en ik was een beetje in de war. Niet alleen mijn schoenen, ook mijn buurman viel uit de toon. Ik was er volledig van uitgegaan dat hij net als ik een vrijwilliger was, al was hij niet bij de briefing vooraf geweest. Ik keek nog eens opzij en zag dat hij geen bezoekersbadge had. Aan de andere kant: hij leek in zijn uiterlijk en kleding erg weinig op de gemiddelde bajesklant.

Na de dienst praatten we nog wat verder. Er waren problemen gekomen in de business, onbetrouwbare zakenpartners en iets met belastingen … kortom, hij zat hier niet bepaald vrijwillig.

Ik was geraakt door zijn verhaal, zoals ik al vaker geraakt was door verhalen van gedetineerden. Ik dacht terug aan andere ontmoetingen die me waren bijgebleven. De man die me een envelop gaf met honderden gedichten en gedachten voor onze Bajesagenda. De gipsy gitarist die cd’s had gemaakt en speelde of zijn leven ervan afhing. De bodybuilder die in snikken uitbarstte bij een Bijbelstudie.

Van een afstandje waren het allemaal stoere mannen. Maar meer dan wie ook kenden ze hun eigen fouten en gebreken. Ze hadden niets – of in ieder geval niet veel – meer te verliezen. En dat maakte hen van dichtbij kwetsbaar en vaak ontroerend eerlijk.

Ook de man hier naast me was kwetsbaar en eerlijk, en toch voelde het anders, dichterbij, persoonlijker. Hij en ik hadden zoveel gemeen. Zijn verhaal had zomaar mijn verhaal kunnen zijn. Een beetje tegenslag, een klein duwtje de verkeerde kant op, en het leven zou ook mij kunnen overkomen. Dat dat niet zo is, is puur genade, besefte ik.

Een uurtje later stapte ik in de auto. Er was nog iets dat bleef hangen. Op die plek en in die omstandigheden was mijn tijdelijke buurman vriendelijk en ontspannen geweest. Hij had oog gehad voor het goede, het ware en het schone. Een gracieuze verschijning in een harde wereld.

Mijn Italiaanse rechterschoen trapte het gaspedaal in, en in mijn achteruitkijkspiegel zag ik als het ware een groter plaatje opdoemen. Het beeld van genade en gratie – van God zelf, die zich even liet zien in een eenvoudige ontmoeting in een gevangenis.

Mark de Boer

Uw e-mail adres wordt niet gepubliceerd